Maandag 3 April
4092 – GEWOON EEN
JONGEN UIT DE VlAAMSE WESTHOEK
*
INHOUD: WO I/EIGEN JEUGD: De échte Peter Pan sneuvelde als Engelse soldaat-vrijwilliger in het
gehucht St Elooi (Voormezele) en ligt daar als George Llewelyn Davies begraven
onder een van die wereldbekende witte soldaten-zerkjes. Waar op de meeste zerkjes
staat dat de naam alleen maar meer bij god bekend is.
DAKVENSTER OP DE WERELD
*
"De échte Peter Pan ligt begraven in West-Vlaams dorpje
Voormezele"
*
"Weinig mensen weten dat, maar de echte Peter Pan ligt
begraven in Voormezele." Aan het woord is Paul Foster, die in 8 jaar 23 boeken
heeft geschreven over de slachtoffers van de Eerste Wereldoorlog die in de
Westhoek begraven liggen. In zijn laatste boek reconstrueert hij onder andere
het leven van de jonge Britse soldaat George Llewelyn Davies, die model stond
voor de figuur van Peter Pan.
Auteur Paul Foster
.. woont en werkt vanuit zijn caravan
op de Kemmelse Camping. © Eric Flamand.
*
Als een kluizenaar in zijn caravan, tussen torenhoge stapels
boeken, zo slijt Engelsman Paul Foster (58) al acht jaar zijn dagen op
Camping Ypra in Kemmel.
*
En toch is hij nooit alleen, want Paul laat zich omringen
door talloze gesneuvelde soldaten wiens verhalen opgetekend staan in de
duizenden boeken die hij in de loop der jaren heeft verzameld. Stapels boeken,
waaruit hij de meest opmerkelijke verhalen distilleert en reconstrueert.
Passie
George Llewelyn Davies, de jongen die
model stond voor Peter Pan. © DCH.
*
Zopas is van Paus Forster, Engelsman, zijn 23ste boek
The Kemmel Sector
van de persen gerold. "Daarin heb ik 265 portretten
geschetst van jongens die hier in de buurt begraven liggen", legt hij uit.
Zijn fascinatie voor de Eerste Wereldoorlog kreeg hij dankzij de verhalen van
zijn grootvader, die zelf heeft meegevochten aan de Somme en meermaals aan de
dood wist te ontsnappen.
"Mijn grootvader is gewond geraakt aan de Somme en in
Passendale, maar keerde steeds weer terug naar het front. Toen ik als kleine
jongen onschuldig bij opa en oma in bed sprong, viel het me op dat zijn been
groen en blauw zag. Dat zit nog vol shrapnel (granaatscherven, nvdr) uit
'14-'18, vertelde hij toen heel gewoontjes. Maar behalve met mij wou daar met
niemand over praten. Na zijn overlijden heb ik zelfs aan mijn moeder moeten
vertellen wat hij eigenlijk allemaal had meegemaakt."
Paul spreekt een aardig mondje Nederlands en hoewel hij al
sinds zijn 5de jaar in Vlaanderen woont, schrijft en spreekt hij nog
altijd liefst in het Engels. "Omdat mijn moeder ernstig ziek was, werd ik
als kind geadopteerd door de familie Vandevelde uit Lichtervelde, de uitbaters
van Sima Tours.
Na mijn professionele carrière als zelfstandig marketeer in
Brussel, besloot ik mij hier in het Heuvelland terug te trekken om mijn leven
te wijten aan mijn passie: de Eerste Wereldoorlog.
*
Ondertussen weet ik elk oorlogsgraf, elk monument met mijn
ogen dicht te vinden. Overal waar je komt, zie je namen van gesneuvelde
soldaten met een datum erbij. Maar zo'n naam alleen vertelt ons niets. Ik zie
het als mijn taak zoveel mogelijk van die verhalen te achterhalen en de namen
een gezicht te geven. Zodat we ze nooit zullen vergeten.
Slechts weinig mensen weten bijvoorbeeld dat de echte Peter
Pan - de Engelse soldaat George Llewelyn Davis - in
Voormezele begraven ligt en dat ook zijn broertjes model stonden voor
personages in het boek. Denk maar aan Jan, Michiel en de verloren jongens, die
ook in het Disneyverhaal voorkomen. Dat waren in realiteit vijf broers die
de schrijver James M. Barrie
*
…persoonlijk heeft gekend."
24ste boek
George Llewelyn Davies (rechts) en zijn broers, wiens namen
voor eeuwig blijven verder leven in het verhaal van Peter Pan: baby Nicholas
(in de armen van zijn vader Arthur), Jack, Michael en Peter. © DCH.
*
Paul werkt gemiddeld acht maanden aan een boek. "Ik sta
op om 5.30 uur en sla pas tegen valavond mijn naslagwerken dicht",
verklaart de auteur, die ondertussen al aan zijn 24ste boek bezig is. Je kunt
zijn laatste werken The Kemmel Sector en Behind the Lines at Brandhoek
bestellen op www.remembering1418.com. Ze zijn onder andere ook te koop in de
museumshop van het In Flanders Fields. Beide zijn uitsluitend in het Engels
verkrijgbaar.
Peter Pan en de verloren jongens
'Peter Pan is dood', pende de tot tranen bewogen Schotse
auteur James Barrie op 15 maart 1915 neer in zijn dagboek.
Jaren daarvoor had Barrie zich voor de creatie van het hoofdpersonage uit zijn
beroemdste boek laten inspireren door een jongen die hij persoonlijk heeft
gekend en onsterfelijk maakte als 'The boy that wouldn't grow up' ('De jongen
die niet wou opgroeien').
Sinds het voorjaar van 1915 ligt die jonge man begraven op de
Britse militaire begraafplaats in de Wittenhuisstraat in Voormezele. De soldaat
in kwestie heette George Llewelyn Davies. Hij werd geboren in Londen op 20 juli
1893, als oudste van vijf jongens.
George verloor beide ouders op jonge leeftijd en kwam samen
met zijn broers (John, Peter, Michael en Nicholas) onder voogdij van de
schrijver James Barrie, die een vriend was van de familie en goed met de
jongens kon opschieten. Wie het verhaal van Peter Pan kent, zal de namen van
George en zijn broers al herkennen. George was een sportieve student, die
school liep aan het elitaire Eton College en later zelfs in Cambridge.
Toen de oorlog uitbrak, bood hij zich aan als vrijwilliger.
Na een opleiding in Frankrijk werd zijn battalion in januari 1915 naar
Sint-Elooi gestuurd, waar hij deelnam aan een reeks hevige gevechten. Daar joeg
een vijandelijke schutter een kogel door zijn slaap. Hoewel hij voor altijd zal
blijven verder leven in de figuur van Peter Pan, rust het lichaam van George
voor eeuwig in Vlaamse Velden, bijna incognito onder een eenvoudige grafsteen.
Ex-Digitaliaanse Bedenkingen
*
Op deze bijdrage vindt U een van de weinige redenen waarom hier
af en toe artikels besproken vindt, uit HLN of uit DM. Dat komt omdat die twee als
enigen regelmatig eens origineel durven zijn. En daarenboven over hoernalisten beschikken
die kunnen schrijven. Waardoor en dan ook minder pagina-groote prentjes in hun teksten
hoeven te staan.
*
Dat die Paul Forster een soort van van
ramp-toerist/lijkenpikker is kunnen worden, dat dankt hij als vreemdeling de
koekoek. De 100-jarige verjaardag van die vier jaren durende gruwel is nu
eenmaal aan een grandioze ‘viering’ toe. Een ‘virinng’ het aantal doden
waardig. De Oorlog ’14-’18 is, net ls Plopsa-land in Adinkrke, een attractie geworden.
En ach God ja, de Horeca vaart daar wel bij. Ze kunnen het inderdaad
gebruiken, dar in dat Brusselse hinterland van vissers en boeren…
Vissers en boeren! Dat waren de woorden van Karel van Nieuwkerke,
spor-hoernalist van dienst, die hij gebruikte voor de kampioenen-match tussen
Oostende en Waregem, die zo nodig in Bruxellabad moest gepeeld worden.
De Verwoese Gewesten, waar vanaf het voorjaar 1919 drommen
toeristen trok ook al van over de hele wereld, ligt er inderdaad, vooral bij
regenweer, nog altijd even desolaat bij. De vechtende partijen van toen, waar
de gewone werkende Vlaming van daar ter plaatse niets mee te zien had, stond in
de sterren geschreven. Beiden hebben gewoon daar op die plaats, hun ambitie om
wereld-ledier te blijven of het te worden, in een bloedige moordpartij die volle
4 jaar duurde – dag en nacht – zonder einde.
Maar ze lieten wel hun rommel achter. Ruïnes overal, dagreizen ver, niets anders
dan kapot geschoten bomen met daar overal
tussen, in, op, onder, duizenden verminkte lichamen en verscheurde ledematen
van jonge mannen. Die elkaar niet eens gekend hadden. De meesten werden rap-rap
in de grond gestopt, waar een volgende moordpartij die weer bloot smeet. Laar
de tiijd heelt alle wonden…. Her en der in het landschap zijn na al die jaren
alleen nog zorgvuldig onderhouden luxe-begraafplaatsen te winden. Allemaal kleine
lapjes en stukjes Vlaams, nu Engels, Duits of Frans grondgebied. Voor eeuwig dankbaar
geschonken door de … Belgische Regeing. They names liveth for ever more.
Standbeeld voor de nooit
teruggevonden Fanse Vlierger-Held Gynemaer in Poelkkapelle
*
Maar als neusje van de zalm, werd het Vlaamse monument op de IJzerblakte
aan de overzijde van de rivier, waar nooit één Duitse Stieffel ooi het gras in
de weide had geschonden, na WO Ii (toen
de kust weer veilig was) door de Belgische Genetrepen gedynamiteerd. Want,
alhoewel dat monument met de gekende kruiskop AVV-VVK op de vier hoeken in vier
talen uitschreeuwde dat het ‘Nooit Meer
Oorlog’ wilde, was dat monument als een mijlpaal in de wedloop naar de Onafhankelijkheid.
De nadien hoger en feller herbouwde IJzertoren, weer bekostigd met Vlaams geld, geraakte in handen van een
politieke Partij, thans de sterkste in Coburgia, maar ‘IJzerbedevaarten’ mogen
daar niet meer hebben. Oml het hoofd boven water te houden, gaat dat ‘Comité’ nu
de ganse sire verhuren als attractie-park. Met ‘springkastelen’ voor de jeugd;
Voortaan kan Vlaanderens Heilige grond dar zelfs ingehuurd worden voor
trouwfeesten en baby-borrels….
De historische ‘IJzerwake’ gaat nu al een tijdje door rond
het Gedenkteken vn de Gebrs Van Raemdock in Steenstraete. Niet meer aan de
overlant van de IJzer, maar aan de eigen kant. Waar ze sneuvelden in hun poging
de Hunnen dààr tegen te houden, voor die een voet op onze Heilige Grond konden
zetten.
In afwachting dat ook daar de Turkse vlaggen wapperen van de
NV-A Staatssecretaris van Cultuur, blijven we U, Vlaanderen; in Houwe Trouiwe.
Totterdood!
*
(Digitalia)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten