*
3412 - ZIET U MIJ NOG LACHEN?
*
O’Bama in Hiroshima.
*
Een uiltje vangen.
De
uren kruipen traag en zeer uitdrukkelijk voorbij. Reeds 3 x 24 uur
duurt die panne. Niet te geloven dat die zo lang kunnen duren in een
land waar de Lente hoogtij viert. Ergens aan de overkant van de
Luchtledige straalverbinding zit er ’n Signorina Italiana die van achter
haar desk, naar mij kwettert dat er ’n grote algemene panne is. ‘Feel
sorry’, zegt ze en probeert in te haken. ‘Heirkracht’ zegt ze nog, als
ik al te heirkrachtige woorden bij mekaar scharrel, om in mijn beste
Italiaans te zeggen dat ze de pot op kan. Maar Meneer, zegt ze, U moet
dat begrijp. Mijn nagellak è finito en de
winkels zijn nog dicht. Ja, begrepen. Erg is dat. Dat het kl-bedrijf van
haar voor de zoveelste keer op rij niet deugt, doet er even niet toe.
Het zet alleen de deur open voor flink gezaag. Ja, zegt ze, en precies
daar kan ze niet tegen, tegen al dat gezaag van buitenlanders die niet
eens haar moedertaal convenabel spreken. En of zij dan wel Fiaminghi
spreekt?
Op
de Teevee is er tennis. Zomertennis op een Zondaagse zomerdag. Met
weeral een commentator die er de ballen van snapt. Of die in het net
slaat. Over en uit. De volgende post is een reportage over Zuid-Amerika.
Wist niet dat dat land grensde aan Afrika, want al even zwarte negers,
die half gekleed, hoofdzakelijk uit noodzaak want ze hebben niets
anders. Ze leven van jacht en visvangst. De gelukzakken. Die hebben geen
last van Internet, en dus ook niet als het uitvalt. Niets om over naar
huis te schrijven. Beter binnen blijven, want daarbuiten is de hel
losgebroken. Gelukkig dat het stortregent, anders stond de wereld al
lang in brand door al die blikseminslagen. De Goden zijn weer eens
vergramd. Hebben de draadloze straalverbinding nog verbinding-lozer
gemaakt dan ze al was. De wereld draait door, maar ik vrees hem niet
meer te kunnen inhalen. ‘t Zal voor deze avond zijn om te weten te komen
waar er nu weer aanslagen geweest zijn, hoeveel vliegtuigen in de lucht
ontploft of vermist zijn. Misschien zelfs dat die O’Bama in Hiroshima
het lot van Kennedy ondergaat: de 1ste Amerikaanse President die in het buitenland de kogel krijgt. Of maak ik me blij met een dode mus?
Nie
mooi van mij, hé Ma? Yes, I knauw. Maar wat doe je er aan? Hoogstens
hem een tweede kogel achterna sturen. Om hem daarna een zeemansgraf te
bezorgen, ergens midden in Het Grote Niets, in de Grote of Stille
Oceaan. Naast Osama Bin Landen, die even groot als de man zelf is
geweest. O die Bama, nog zo jong en al moeten sterven…. Is niet aan
iedereen gegeven.
*
Een
half uurtje verder. Ook dàt is Italië. Daarnet was het buiten het einde
van de Wereld, en nu is een nieuw begin aan gekomen. Zon, blauwe lucht,
wuivende palmbomen, en opgewekt vogelgezang. Internet, hoe zou ’t ermee
zijn? Maar nee, die ‘Server’ blijft nog altijd onvindbaar.
In
het huis mijns vaders, waar de dagen trager waren, dichtte ooit Karel
Vande Woestijne. Precies of zijn vader ooit hier had willen komen wonen,
in dit godvergeten gat waar alleen vossen en slangen leven.
Daarnet
nog mijn vrouw in huis zien lopen, wit van schrik. Man, Man, een
ogenblik, ik moet naar Ispaghaan, want ik de tuin heb ik de Man met de
Zeis ontmoet. Voor haar voeten vluchtte die de beplanting in, met grote
kronkels van haar lijf, een armdikke gele adder van wel 2 meter lang.
Ja,
’t zijn maar beesten, maar die hebben ook hun gevoelens. En van mensen
moeten die, sedert het verhaal van Adam en Eva, niets meer hebben. Non bis in idem, zullen
we maar zeggen. Altijd voort sedertdien op Uwen buik moeten
voortkruipen, en overal de schuld van krijgen. Erger dan een Neger in
Plopsaland.
Digitakia
Geen opmerkingen:
Een reactie posten