12/2819 * - Sarajewo 28/6/1914: Oorlog en Vrede, zonder
Tolstoi -
***
Maandag 27 juni
Zon 5u31-22u00
H Cyriel van Alexandrië
*
Voor morgen, 28/6/1914
“SARAJEWO”
Toen
was het gewoon dàt. Maar de Grote Waanzin kon beginnen. Een nog op ’t laatste
nippertje gelukte moordaanslag op twee jonge koningskinderen in een open wagen
met chauffeur. De Saksen Coburg Gotha’s onder mekaar konden beginnen elkaar
naar het leven te staan. Willem II van Pruisen, de geestelijk
gestoorde verworpeling der familie, de man met het ene korte armpje, dat nog
altijd na te zien valt in Doorn (Nl) ten Huize Doorn. (Nederland) waar hij
(1941) politiek asiel genoot na het debacle van Den Grooten Oorlog, die hij
verloor tegen zijn Neef Albert, de Prins Gemaal van de Engelse Koningin Victoria
in wiens naam hij Engeland bestuurde. Mede in “het debat” betrokken geraakten toen
ook de Belgen, de ‘dappersten der Galliërs’, omdat hun Koning Albert I, die
andere Coburger, de troepen van zijn Duitse neef geen vrije doortocht wilde
verlenen om Parijs in de rug te kunnen
aanvallen.
*
*
Waardoor
‘Het Plan Schlieffen’, de grote omsingeling, mislukte, tot de latere Nazi-Socialisten
van een zekere A.H. met datzelfde plan meer geluk hadden. Maar die A.H. stopte dan
weer totaal onverwacht net voor de grote paukenslag, de zegevierende optocht van
zijn tanks, voor de poorten van de kanaalstad Abbeville, op minder dan ½ uur
rijden van Duinkerke en de Kanaalkist. Zodat de resten van de verslagen Franse
en Engelse legers glorieus naar Moeder de Vrouw konden ontsnappen. Churchill
echter weigerde om deze realiteit van de uitgestoken hand onder ogen te zien,
omdat Amerika hem reeds had toegezegd zich klaar te houden om in de bres te
springen.
Waardoor
een volgende 4 jaar durende slachtpartij kon beginnen, die eindigde met de
glansrijke (maar erbarmelijke) heerschappij van de cowboys uit Amerika over gans de Vrije Wereld.
En
dat danken we niet de koekoek, maar de Coburg Clan die het tot op de
huidige dag nog altijd niet kunnen verkroppen, dat Napoleon, de Keizer die de
Frans Grandeur gestalte gaf, in Waterloo kopje onderging.
En
zeggen, dat dat uitgeschud en verarmd Prinselijk Geslacht van Duits Blauw Bloed
aan de macht kwam via de lakens van het jongere zusje van Leopold I, de latere
Eerste Koning der Belgen. Die was door hun grootmoeder op jongere leeftijd uitgehuwelijkt
aan de Russische Tsarovirsj, waar zij de orgie-speelpop diende te zijn van al
diens vrienden-losbollen. Grote Broer, Leopold, amper 16-17 jaar oud, bekwam als
onderdeel van deze deal, een hoge rang in het Leger van de Tsaar. Waar hij,
gestoken in een prachtig uniform waar alle vrouwen verzot op waren, zijn aangeboren charmes van Playboy-Rokkenjager
ten volle kon uitleven. Hij was, als Russisch Hoge Officier, dan ook aanwezig
op het slagveld van Waterloo, waar hij, opportunist als alle Coburgers zijn,
rap platte broodjes probeerde te bakken bij de Engelse Overwinnaars van het
ogenblik. Korte tijd later stond ie dan ook, om op te vallen aan het Hof in
Londen in een Engels uniform op alle bals en ‘ontspannings avonden’... PoPom
was de ‘cou’ van iedereen die het wilde. Zo belande hij rap in het bed van de
Engelse kroonprinses die smoorverliefd op hem was geraakt. Zij overleed kort
daarna, maar niet nadat hij bij haar een soort ‘overlevingscontract’ had
losgepeuterd, die hem levenslang (op
kosten van de Engelse belastingbetaler), een royale levensstijl zou
garanderen. Kort daarna zag hij, onder druk van de concurrentie, het leven in
Londen niet meer zitten, werd eerst de Griekse Kroon aangeboden (die hij wegens de daar heersende
onregelmatigheden weigerde), maar hapte nadien gretig toe om in Brussel
Koning te komen spelen, nadat die onwillige Orange-Nassau Nederlanders hier het
veld hadden moeten ruimen voor de Parijs-gezinde opstandelingen die van ons
land graag een aanhangsel-kolonie van het Grote Franse Moederland hadden
gemaakt. Die soort kent, tot op de huidige dag, een taai bestaan.
En zo zitten we, de huidige generaties, al bijna 100 jaar
lang, met de gebakkenaangebrande peren. En de weinige Orangisten
(waaronder de Crootjes) kropen voor al, ge tjd weer in hun schelp. Let maar
even op Junior: met hem zijn de Coburgers nog niet aan de nieuwe patates….
Al
deze zaken vond ik ooit in een boek van Paul Beliën, verboden in Coburgland,
maar gedrukt in… Frankrijk en van daaruit in de handel gebracht. Wel hadden de
Cobirgers uit Laken in extremis bereikt, dat in elk boek een blaadje zou
stelen, met daarop de verwittiging, dat het volgens hen vol leugens stond. Getekend
Albert Second. Dhr Beliën, een beslagen onderzoeksjournalist (echtgenoot van Alexandra
Coolen, Vlaams Belang ex Parlementslid) heeft namelijk het geluk gehad om,
wegens totaal andere redenen, in het Persoonlijk Koninklijk Archief te kunnen
duikelen. Waarschijnlijk wist Mevr. de Koninklijke Archivaris niet welke
Flamingantenvlees ze in huis haalde, want nadien verklaarde ze bij hoog en laag
geen Beliën te kennen. Die was daar nooit geweest, zee-ze! Waar nochtans ten
aanzien van iedereen vele datums en uren genoteerd staan in het… Gastenboek.
Al
die dingen zijn echter verlopen zoals ze verlopen zijn. Maar het had ook anders
gekund. Hadden onze Verlichte Grote Geesten toen werkelijk bij het begin van
die twee verwoestende oorlogen tussen de
Coburgers onderling (waar WO II gewoon de
herkansing bleek te zijn van de slecht afgelopen WO I), de kant van het
Volk ipv deze der Koningen gekozen, dan zou de wederzijdse uitmoording boven
ons hoofd zijn gebeurd. Het had volstaan hun zo geroemde ‘neutraliteit’ in
woorden om te zetten in daden, gestand te doen. Zo moeilijk kon dat toch niet
geweest zijn, want de zuinige Hollanders deden het wel. Holland nam namelijk
met niet één verdwaalde kogel deel aan Den Groten Oorlog. En als West-Fluisteraar
(*) groot geworden in die Verwoeste
Gewesten, weet Digitalia waarover hij spreekt. Ons land, ons erfgoed, vol littekens,
ligt daar ten eeuwigen dage als een verwoest stuk stof, vol met
‘bezienswaardigheden’ die, als puntje bij paaltje komt, nog een onuitputtelijke
bron van welvaart vormen voor de hele streek. In mijn Land, dat als een
Godsgeschenk, ligt tussen de Bergen en de Zee.
Maar
ja, uitdrukkingen als ‘had ik’, en ‘moesten we’ dat zijn gewoon het
kleingeld dat we vroeger achteloos in de schaal smeten…..
Enne,
om de link naar het heden goed aan te snoeren, is het ook nog goed te weten,
dat de Dode Kroonprins van Sarajewo de oudste zoon was van Keizer Franz Joseph von
Habsburg, in Wenen, de Oostenrijkse Hoofdstad, en van zijn charmante lieve
echtgenote, ons aller Sissi, dochter van Hertog Max von
Possenhofen, zijnde dezelfde stam der Possenhofers, waar een andere Elisabeth
‘van Beieren’ ooit Koningin bij ons is kunnen worden. Ieder jaar met Kerstmis
wordt de romantische trilogie van de kleine Sissi, Elisabeth von Possenhofen op ons los gelaten.
En vertederd bllijven we ieder jaar weer toekijken.
Persoonlijk
had ik liever ieder jaar een echt gebeurd verhaal gehad rond Kate
Kollwitz, die van Het Treurende Ouderpaar in Vladslo, die haar zoon
verloor in Den Groten Oorlog. Naar verluidt zou die gesneuveld zijn in Merkem (De
Kippe), aan de weg Ieper-Diksmuide. Na de oorlog werd deze landelijke stijlvolle
zeer typische barok-kapel herbouwd, waar ze dagelijks door iedereen kan bezocht
worden.
*
Kapel Langewade. Merkem (De Kippe)
*
Ja
Ja, die Duitsers met hun ‘Schweinepuppenfleisch’! Fraulein Angela Merkel, de vroegere politica
der DDR, heeft het van geen honden gedeeld….
(*)
West-Fluisteraar: dit is een verbastering omdat veel Kempische Vlamingen de Westhoekenaars aan spreken als
‘West-Fluiters.
*
3507 - ER IS GEEN
BETER NET DAN INTERNET
*
*
IEPER,
DE VERWOEST LAKENHLLEN
*
*
Ja, ’t is weer van dat. Amper een paar uur correct Internet
en dan is ‘De Server’ niet meer te vinden. Windstil heldere hemel, lekker
zomerweertje. Wat zal het deze keer zijn?
‘Memories are made of this’, zullen we maar zeggen. Men hoeft
alleen te bedenken, dat het heden de voortzetting is van het verleden. Altijd
maar weer worden littekens bedekt door andere littekens. Het mensdom is lijk een hond die hapt naar de
eigen staart. De volkswijsheid stelt wel dat we de zonnekant van het leven
moeten zoeken, dat de schaduwkant wel vanzelf komt. De voetbalmatch van
gisteren is daar het levend bewijs van: 4-0 is een onverwachte eer voor ‘onze’
Rode Duivels, die niemand meer verwacht had. Het is een succes geworden temeer
daar de Hi-Hadsiten er zelf kunnen om lachen en zich dus gedeisd hielden.
Allez, ik wil zeggen: tot hiertoe, want niemand mag berenvellen te koop
aanbieden zonder ook maar één schot te lossen. En schoten lossen, dat is het
domein geworden waarin alleen onze vijanden bevoegd voor zijn. Want de ‘Staatsdragende’
Partij der Verraders hebben bij de Vlaamse Burger zelfs Grootvaders geweer
ingevorderd. Die hing in vele huizen op een goed zichtbare ere-plaats, als
herinnering aan de ‘Brigands’ doe ooit grepen naar Vaders geweer als er uit Het
Zuiden gevaar dreigde voor Outer en Heerd.
Maar aan de muur hangt al lang bij de Vlaamse Burger, noch Kruislievenheer,
noch geweer. In de plaats moet er (voor
de gezelligheid?) een schemerlamp komen met een kleurrijke verlichte globe
daarin. Zodat iedereen op elk moment zich de
visu kan overtuigen hoelang het nog duurt voor de islam-wreedheid overal de
plak zwaait. Alleen vrees ik, dat tegen dan, alle Coburgers, alle Battenbergens (thans Mountbatten), alle ‘Windsors’, alle Hohenstaufen, alle
Hohenzolln en alle Habsburgers zich in het nieuw zullen gestoken hebben. Misschien
zelfs al een nieuwe gouden kroon besteld hebbbn, met een Wassende Halve Maan in
top. Zelfs alles dat doet terugdenken aan de van Hoedegems van Accoz zal uitgewist zijn. Omdat die doen denken
aa de Kruistochten. Op zeker dag, zal herontdekt worden dat al die Geslachten
eigenlijk afstammen van een en dezelfde nakomeling van de Profeet. Valt niet
eens te controleren, want diens nazaten waren even talrijk als de zee diep
is. Allemaal mossel noch vis.
En ook dàt moeten we durven zeggen, nu het mosselseizoen 2016
is aangebroken. Vooral de Zeeuwse mosselen zijn duur, maar buitengewoon goed
geslaagd. Alleen moet de Natuur, net als het Noodlot, af en toe een handje
worden toegestoken…. Tot de mens weer wil en mag inzien, dat hun Home ook hun
Castle is. En dat ook altijd geweest is.
*
*
*
*
*
*
Hallo?! Het is op dit ogenblik tegen de middag, en de
zoveelste ‘panne’ op het Internet schijnt weer op het vuur te zijn gezet. We
kunnen weer aan de slag met koken en braden….
Vlug de verloren tijd inhalen.
Arrividerci!!!!!!
*
** **
*
Niet te geloven. Amper na een paar uur vlot gebruik,
laat ‘de server’ het weer afweten. Moeten wij daar nu echt iets voor gaan doen,
buiten betalen en nog eens betalen?????
Maar kom, niet getreurd. Zo is er nog even tijd beschikbaar
om deze klus over ‘Sarajewo’ te klaren. Morgenvroeg zal er wel weer Internet
zijn. Hier in dit wonderland brengt de nacht (en de kaboutertjes?) altijd raad.
Hoe het met Willem II, de Duitse Kaiser-Castar is
afgelopen? Als Opperbevelhebber van het verslagen Duits Leger, wilden ‘De
Mogendheden’ onder impuls van de USA (toen
ook al!) hem als oorlogsmisdadiger
voor Het Hoogste Gerechtshof brengen. Dat bestond nog niet, en zou dus nog
eerst moeten worden op stapel gezet. Maar
dedju, de Oranje-Nasssau Clan, verre familie van de Hohenzollern, stond
er op om de man tot het einde van zijn bestaan, politiek asiel te geven. Waarop
die prompt een paar kleinigheden uit zijn talrijke kastelen in Duitsland deed overkomen. Amper 50 treinwagons waren
dat en via Google kunt U het beeldverhaal oproepen van een op rust zijnde
joviale oudere kerel, die naarstig meehelpt met de boeren om in het hooi te
werken. Hij kreeg daar wel nooit het bezoek van vrouw en kinderen, en moest het
stellen met zijn vroegere huismeid, die hem samen met een plejade van andere
dienaren en kamerknechten, tot zijn laatste snik zijn blijven verzorgen.
Over de kleine lieve Elisabeth von Possenhofen, de (na
Sarajewo) ongelukkig geworden Keizerin van Oostenrijk die we in die tranerige
trilogie als Sissi hebben leren kennen, onmiddellijk aansluitend na de Oorlog
’40-’45, toen in de harten van onze mensen de haat jegens alles wat Duits was,
nog ‘brennend heisses Wüstensand’ was, is verder bekend dat ze als een soort Triestige
Weduwe in Lugano leefde, waar ze, eenzaam en verlaten op wandel was, op een
brug over dat Meer aldaar, werd lastig gevallen door een struikrover. Die
roofde bijna niet alleen vliegensvlug haar handtas, maar bracht haar een
dodelijke messteek toe. Hoe erg die steek was, bleek slechts toen ze even later
samen met de geredde handtas, op haar hotelkamer de wonde ontdekte. En een paar
uur later daardoor de Geest gaf. Franz Joseph, de eenzame echtgenoot, leefde in
Wenen tot op hoge leeftijd en heeft waarschijnlijk nog de ster van de jonge Adonis
A.H. weten beginnen schitteren. Maar zonder Internet als steun, kan ik daarover
geen details meer over geven.
Wat er ook van zij, als U ooit in Bad Ischl
(Oostenrijk) langs komt, kunt U daar in het vakantie-verblijf, hoog boven de
kolkende bergrivier, de levende Sissi in U verbeelding tegen het lijf lopen.
Hoog boven de Ischl kunt U zelf voor het raam staan, waarin ze zich spiegelde
bij haar dagelijkse lichaamsoefeningen. Haar sportkledij hangt daar nog altijd,
klaar voor gebruik, over de stoelleuning op haar te wachten.
Meer nog, met een beetje geluk kunt U in de
ongoddelijke nabijheid overnachten in Fuchsl am See, het vroegere Schloss
van Hertog Max van Beieren (in de films), getrouwd met de bazige Ludovika
(Magda Schneider), de moeder van Sissi (Romy Schneider). U kunt er ontbijten
aan de familietafel in dezelfde gewelfde ruimte als in de film de jonge Sissi.
Dar staat nog altijd de veelhoekige vogelkooi, waar Sissi de bewonertjes de
vrijheid terug gaf, toen ze naar Wenen trok om er Keizerin van Oostenrijk te
worden. Hertog Max van Beieren (eigenlijk Possenhofen) was de grootvader van
onze ‘Geliefde’ Koningin Elisabeth van
de Wedstrijd die nog altijd haar naam draagt. Misschien wel voor niet lang
meer, nu Mathilde van Hoedegem en Accoz die plaats viseert.
*
Tja, en over diene van bij ons, ‘de Koning-Soldaat’
van den IJzer, Albert Premier van Seks & Coburg nog dit. Zijn halve
trouwboek, die andere Elisabeth von Possenhofen. Het koppel sprak, tot lang na
WO I, thuis uitsluitend… hun eigen moedertaal, het Duits. Onder druk van de
gewijzigde omstandigheden werd dat later het Frans. Ik heb U toch al gezegd,
dat de Coburgers grote opportunisten zijn. Zij kozen dus, na de oorlog nog al
rap de kant der Fransen, de Overwinnaars. Niet alleen beloofde de Vorst bij het
begin der vijandelijkheden, de Vlamingen ‘gelijkheid in rechten en in de feiten’, als
die maar dapper voor hem zouden willen sneuvelen. Iets dat hij na de oorlog
echter helemaal vergeten was. Dat die, binst de oorlog, in het geheim aan het
onderhandelen was, achter de rug van zijn ‘geallieerden’ met zijn Duitse Neef,
voor een afzonderlijke vrede, werd nadien rap-rap onder de mat geveegd.
Albert Premier de Belgique was ook de historische bergbeklimmer
die midden in de nacht op een koude februari morgen de rotsen ging beklimmen in
Marche-les-Dames.
Dat die precies daar naar beneden tuimelde is niet
eens zuiver toeval. Want ‘Dames’ platmarcheren was inderdaad zijn persoonlijke
specialiteit. En zijn Elisabeth hield van sinistere grapjes. Kwatongen die het
kunnen weten, beweren inderdaad dat de geliefde Vorst door een van zijn hogere officieren
betrapt werd in het echtelijk bed, samen met de officiersvrouw, en hem daarop prompt
een kogel in de hersenen vlamde.
Nadat deze Hoger Officier tot de bevinding was gekomen
wie daar naast zijn model-echtgenote levenloos lag dood te bloeden, moet die
algauw de vergissingen zijns weegs hebben ingezien. Hij moet toen in paniek
naar Laken zijn gesneld. Er moet toen die nacht ten huize Coburg-Possenhofen
spoedberaad hebben plaats gevonden omdat het beeld van een overspelige en vermoorde
Koning kon gemist worden als koude pap. Later moet zijn kleinzoon, Albert
Second de Belgique meer chance gehad hebben, of moet die Mr Boël heel wat
menslievender geweest zijn, dan die Hogere Officier uit het verhaal van
Marche-les-Dames. Daar werd die nacht in Laken het fabeltje bedacht, dat de
betreurde overledene, die zoals iedereen wist ’n hartstochtelijk bergbeklimmer
was geweest. Dus werd er midden in de nacht met het dode lichaam vertrokken
naar de bergen. Waar de Vorst tegen de avond van de volgende dag werd
teruggevonden, aan de voet van de rots waar hij was uitgegleden. Het hoofd (mèt bril nog op) was gedeeltelijk
verbrijzeld, geen kogelwonde meer te bespeuren. Gevolg: de eer gered en een
Staatsbegrafenis.
Kijk, die nacht was ik er ook niet bij, en alles is
maar ‘van horen zeggen’. Maar van 40 meter hoog zonder getuigen noch helpers
omtrent, van rotsen vallen en de bril
nog op het totaal verbrijzeld hoofd hebben, is ongelofelijk miraculeus te
noemen.
Kortom, mooie sprookjes spelen zich meestal af in
mooie kastelen. Hierboven heb ik U alleen achter de schermen laten kijken….
*
(Get) Digitalia
*
*
Geen opmerkingen:
Een reactie posten