BANGE BLANKE VANDER TAELEN
Geen bange oude Belg
14-10-2009 - Luckas Vander Taelen - de standaard
LUCKAS VANDER TAELEN pikt het niet dat Paul Goossens hem een ‘bange oude Belg' noemt. ‘Is het nu omdat ik als inwoner van een moeilijke wijk hardop zeg wat veel Brusselaars denken, dat ik “de oversteek” heb gemaakt en progressieve principes overboord kieper?'
Zaterdag (DS 10 oktober) genoot ik de eer om bijgezet te worden in het ‘Groot Museum van de Elitaire Angsten en Bekrompenheid'. De zelfverklaarde conservator van dit instituut is Paul Goossens, die mij als een groot-inquisiteur in deze krant de eretitel van ‘bange oude Belg' verleende. Dat allemaal omdat ik in een opiniestuk had gepleit voor een verdediging van waarden die me dierbaar zijn.
In zijn requisitoir is Goossens niet vies van enig populisme. Ik mag me dan wel met de fiets verplaatsen, pleit hij, maar vijf minuten later zit ik veilig ‘in het pluche', terwijl de ‘gedumpte tiener' achterblijft in zijn getto. Eigenlijk, suggereert Goossens, ben ik zoals de bourgeoisie uit de tijd van Daens die het ‘plebs' gebrek aan ‘waarden, respect en beschaving' verweet.
Men make eerst een karikatuur van zijn tegenstander (de vadsige bourgeois) en kritiseert die dan. Het is een oud procédé, goed bekend in kringen van al dan niet bekeerde gauchisten. Goossens poneert dat ik de ‘sociale en economische breuklijnen tot minder dan een voetnoot' degradeer. En zo word ik gekatapulteerd in het verachte kamp van extreemrechts.
Is het nu omdat ik als inwoner van een moeilijke wijk na vijf jaar mijn hart lucht en hardop zeg wat vele modale Brusselaars denken, dat ik ‘de oversteek' heb gemaakt en progressieve principes overboord kieper? Ik denk nog steeds dat de hoge jeugdwerkloosheid één van de redenen is dat het goed fout loopt in bepaalde wijken. En dat een latente discriminatie nog steeds bestaat. En ik voeg eraan toe dat ik blijf geloven in Brussel als een multiculturele stad. De probleemjongeren uit mijn wijk zijn de toekomst van dit gewest.
Maar het is net daarom dat ik denk dat het tijd is om de problemen bij hun naam te noemen. En een correct-denkend links politiek discours is op dat vlak al even kortzichtig als het voorspelbare latente racisme van extreemrechts. En wat is er nu verkeerd aan om het te hebben over onze waarden? Dat woord werkt blijkbaar bij sommigen nog steeds als een rode lap op een stier. Paul Goossens doet zelfs de moeite niet om te vermelden over welke waarden ik het had: de gelijkheid tussen man en vrouw, de vrijheid van de kunstenaar. Want wat ik schreef over de positie van de vrouw binnen de allochtone gemeenschap en de censuur van een voor de islam beledigend kunstwerk, daar praat de heraut van het grote gelijk niet over. Die problemen zijn blijkbaar zijn aandacht niet waardig.
De mijne wel: ik denk dat we op onze hoede moeten zijn voor de toenemende invloed van fundamentalisten in Brussel. Dat betekent niet dat we ‘de islam in het beklaagdenbankje' zetten, zoals Goossens schrijft. Wel integendeel: door het over onze waarden te hebben geven we progressieve islamieten de kans zich af te zetten tegen extremisten, die bijvoorbeeld steeds vaker proberen het gemengd zwemmen in Brussel in vraag te stellen.
En pleiten voor een ‘zero tolerance' betekent ook niet dat men een bepaalde groep stigmatiseert. Maar weten wat de gevolgen zijn als men zich niet houdt aan regels, doet niemand kwaad. Dat de daders van een brandstichting in Molenbeek, waar een heel appartementsgebouw drie uur werd gegijzeld door losgeslagen jongeren, niet opgepakt zijn, dat mag nooit aanvaard worden.
Nultolerantie hoeft geen rechts begrip te zijn en is niet per definitie discriminerend. Het is een politiek die niet beperkt mag worden tot probleemwijken en toegepast moet worden over de hele stad. Duidelijkheid over wat getolereerd wordt en wat niet, kan een kader scheppen voor jongeren, die net daaraan behoefte hebben. Door dit principieel te weigeren, bewijst weldenkend links hen geen dienst. Wie opgroeit in een sfeer van wetteloosheid, zal het heel moeilijk hebben om zich later aan te passen in een werkomgeving.
Goossens heeft wel gelijk als hij wijst op de verpletterende verantwoordelijkheid van de Brusselse politici. Het beeld van de processie van de 19 Brusselse burgemeesters bij de Minister van Binnenlandse Zaken zegt alles: welke andere grootstad permitteert het zich om de politieke beslissingsmacht zo te versnipperen? Als we de problemen van deze stad willen aanpakken, moet het Gewest dringend de enige baas worden. En maak dan maar meteen één politiezone, met wijkagenten over de hele stad. En een onderwijs dat de problemen aanpakt: de Franse gemeenschap blijft ongekwalificeerde, eentalige leerlingen afleveren die tot werkloosheid gedoemd zijn.
Dat staat allemaal niet in tegenstelling tot responsabilisering en een ethisch discours. Jongeren beter opleiden en hen kansen geven, moet gekoppeld worden aan het stimuleren van hun eigen verantwoordelijkheid. Hen leren als autonome mensen zelf keuzes te maken en verder te kijken dan hun wijk en de virtuele grenzen van Brussel.
Als we hen zien als de toekomst van Brussel, moeten wij het met hen ook durven hebben over waarden en plichten die aan de basis liggen van onze samenleving. Met de jongeren, hun ouders, de imams. Dat is niet repressief , maar bevrijdend. En dat is niet het discours van een oude, bange Belg. Wel van een Belg die in 2009 leeft en niet in 1968 is blijven hangen...
LUCKAS VANDER TAELENWie? Vlaams Parlementslid voor Groen
Bron Iskander
********************
Boeketje Digitalis
(gekapseisd)
‘Kas’ Vander Taelen, overigens een beminnelijk man, zeker voortgaande op de zachte repliek op de rode lap van de snuivende stier Goossens, doet mij denken aan de laatste goedgelovige optimist op de Titanic, die mordicus staande hield dat de situatie nog te redden viel, toen de boot met bijna rechtstaande kiel onder water schoot.
Arme man!
Dringende psychiatrische hulp nodig om hem van dat %essias en dus paardenbril-zicht af te helpen.
Ach die grootstedelijke toestanden! Pak die stier toch bij de horens! Afvoeren naar de vrijgekomen kazernes, nadat die eerst omringd zijn geworden met prikkeldraad onder hoogspanning en miradors op de vier hoeken. Het probleem is alleen: zullen er ooit genoeg kazernes vrijkomen?
Inhumaan zegt U?! Discriminerend?! Wat moeten die vele generaties dienstplichtigen van vroeger jaren dan zeggen? Die dingen waren voor vele lange maanden hun enige thuis, onder toezicht van stompinnige bewakers-sergeanten! Toen was er geen concentratie-kambewaking nodig. De brultechniek door sterren en strepen volstond. Die jongens tenslotte waren geen halve wilden.
Toch werden ze gedrild als apen onder een ijzeren tucht. Zijn die impor-snotapen dan zoveel beter dat er voor hen hotelcomfort met 5 sterren moet voorzien worden? Geen diploma aan 18 jaar schoolplicht? Geen vaste baan? Opgegroeid voor galg en rad?! Dat ze dan blij zijn op solide basis gelogeerd te worden tot het einde van hun dagen. Altijd beter dan in een koude berghut of onder de blote hemel op de flanken van het Rif-gebergte! Het ontradingselement (van die kampen) is mooi meegenomen!
O Ja! ‘Europa’ en ‘de Kerk’ willen (uit eigenbelang.!) dat we iedereen die aanklopt een menswaardig bestaan geven? Dat is best uitvoerbaar, maar dan moeten WIJ naar die kazernes, en de nieuwelingen mogen in onze plaats in de vrije wereld de resten van onze welvaart oppeuzelen….
Ja, die kazernes, de immigratie en de miljarden tekorten op de begroting…allemaal armen van de watergeest die de Titanic onder water trekken….’Kaske’ wil het niet weten…..Iedereen die rood en groen balkt mag blijven!
Pssst
Goossens, is jaren te laat geboren om aan te sluiten bij de gehelmde ‘44’-ers’ – als U begrijpt wat ik bedoel. Schrijft U anders dat getal eens neer, in Gothische cijfers…en U voelt zich meteen ook een beetje ’n superieure Ariër van het Herrenras…..
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten