zaterdag 6 februari 2010

DE BRUSSELSE REVOLUTIE

.







.


















DE BRUSSELSE REVOLUTIE



Vlaamse vrienden, Franstaligen denken zoals jullie
04-02-2010 - Claude Demelenne - de standaard
In Iskander



EN WAT DENKEN DEFRANSTALIGEN OVER BRUSSEL? — 'De Vlamingen zeggen hardop wat de meeste Franstaligen stilletjes denken', schrijft de Franstalige, progressieve journalist CLAUDE DEMELENNE. Redactrice VÉRONIQUE LAMQUIN van Le Soir pleit ervoor de Brusselse politici zelf hun boontjes te laten doppen. TOM NAEGELS vergeleek de Franstalige kranten met de Vlaamse.
De linkse Franstalige partijen - vooral de Brusselse PS van Philippe Moureaux - weigeren de realiteit onder ogen te zien. Ze minimaliseren het stedelijke geweld, en dat doet een deel van de Franstalige pers ook. In Vlaanderen zijn er pragmatische linkse politici en intellectuelen, zoals Luckas Vander Taelen. Maar in Franstalig België bestaat er een soort engelachtig, moraliserend links dat een waar intellectueel schrikbewind voert.

Vlaamse vrienden, de Franstaligen denken zoals jullie. Ook wij constateren de feiten: gewelddadige rellen in Molenbeek en Anderlecht, politiemensen verwond en aangevallen, de autoriteiten uitgedaagd, inwoners van bepaalde gebouwen belegerd. Op 20 november gooiden jongeren molotovcocktails in het politiecommissariaat van Kuregem, dat volledig vernield werd. Ze staken auto's in brand en vernielden straatmeubilair. In de Ribaucourtstraat in Molenbeek is geweld dagelijkse kost. De media praten daar zelden over. De politici minimaliseren uit gewoonte.

Begin dit jaar escaleerde het: reeksen hold-ups, gebruik van alsmaar zwaardere wapens zoals kalasjnikovs, de politie als schietschijf, rellen in Anderlecht nadat een overvaller - een inwoner van de wijk - een agent zwaar verwond had, opnieuw geweld dit weekend, opnieuw politieagenten die belaagd werden door jong uitschot enzovoort. Maar de socialist Philippe Moureaux verklaart: 'De toestand gaat er niet op achteruit in Brussel.' Op welke planeet vertoeft de Brusselse PS?

Een wonderoplossing bestaat er niet, een voorwaarde wel: de rust keert nooit weer zolang bepaalde 'politiek-correcte' mensen aan de linkerzijde weigeren de realiteit onder ogen te zien. Zowel links als rechts moeten het eens worden over een paar basisvaststellingen. Er zijn er tien. Ze zijn zonneklaar maar worden niettemin ontkend door de Franstalige linkse partijen, die helaas van langsom minder in staat zijn om hun voornaamste missie te vervullen: de rust en de fysieke veiligheid van de mensen waarborgen.

1. Ernstige geweldplegingen. 'Je mag die miniopstandjes niet overdrijven, het gaat maar om een paar tientallen jongens', blijven de politieke verantwoordelijken herhalen, zeker bij links. Verkeerde diagnose: het gaat om ernstig geweld, want het verstoort ook op dagelijkse basis - tussen de rellen is de angst alomtegenwoordig - de rust van de burgers.

2. De relschoppers benoemen. Waarom zouden we erover zwijgen? Bijna alle jonge relschoppers zijn van Arabische moslimorigine. Ze vormen een kleine minderheid, maar ze zijn extreem agressief. Nieuw gegeven: meer en meer ouders van de relschoppers kiezen de zijde van de delinquenten.

3. Racistisch geweld. Het Mouvement contre le Racisme, l'Antisémitisme et la Xénophobie (MRAX) zal geen enkel dossier openen. Toch illustreert het geweld in bepaalde Brusselse wijken de opkomst van een soort anti-blank racisme bij een minderheid van de bevolking. Tijdens de rellen in de Ribaucourtstraat in Molenbeek eind augustus werden alleen auto's van niet-moslims en blanken beschadigd. En er steekt ook een ander soort racisme de kop op: racisme jegens homo's.

4. Op hol geslagen antisemitisme. 'Sale juif' (vuile jood) is een gangbaar scheldwoord bij een deel van de jeugd van Arabische moslimorigine. Een jood die uiterlijke tekenen vertoont van zijn joodsheid moet zich zorgen maken in bepaalde wijken. Anti-joodse beledigingen worden door vele professionals van het antiracismebeleid gebanaliseerd. Ze geven prioriteit aan wat ze 'de strijd tegen de islamofobie' noemen, wat neerkomt op een quasi verbod om kritiek te uiten op de islam.

5. Racisme jegens politieagenten. Als de politie buiten haar boekje gaat in Vorst of elders, dan moeten er straffen volgen. Maar dat mag de essentie niet maskeren: ordehandhavers worden regelmatig getart, verwond en uitgedaagd door een minderheid van jongeren die hen willen verhinderen hun werk te doen. Dat anti-flikkenracisme dreigt bepaalde wijken te transformeren in wetteloze zones.

6. De rol van de maffia en islamisten. Drugshandelaars gebruiken hangjongeren om territorium op te eisen en een sociale mix te verhinderen, die hun zaakje zou kunnen bemoeilijken. Islamitische militanten en hun linkse handlangers prediken de opstand door hun antiwesterse pleidooien op te drijven.

7. Echte maatschappelijk werkers? Bepaalde bemiddelaars leveren heel goed werk in zogenaamd moeilijke wijken. Maar andere gooien olie op het vuur door de verantwoordelijkheid van de relschoppers te minimaliseren. 'Het is ook de schuld van de samenleving, je moet de woede van de jongeren begrijpen.' De ambiguïteit van bepaalde maatschappelijk werkers wordt zelden in vraag gesteld.

8. Te veel straffeloosheid. Zelfs bij heel zware feiten worden er amper arrestatiebevelen uitgeschreven. Die straffeloosheid plaveit de weg voor recidivisme.

9. De cultuur van het excuus. Niet alleen bepaalde maatschappelijk werkers vergoelijken de relschoppers. Diverse 'erg linkse', gerenommeerde academici, sociologen en criminologen doen precies hetzelfde. Niets rechtvaardigt het werpen van molotovcocktails op een politiecommissariaat.

10. Het gevaar van een links slachtofferdiscours. Uiteraard moeten we blijven strijden tegen de slechte leefomstandigheden van jongeren van allochtone origine, die nog te vaak het slachtoffer zijn van discriminatie en racisme. Maar ze systematisch voorstellen als slachtoffer is verkeerd.

De veiligheid in Brussel is te belangrijk om ze in handen van Franstalig links te laten. Vlaamse vrienden, we hebben jullie nodig. Opdat Brussel geen Far West zou worden.


Boeketje Digitalis

(fris gespoeld in Zenne-water)



Uit bovenstaand opstelletje, fraai geschreven, en God-betere-het, in deftig ver-Naegelt Nederlands, is de voorlaatste zin de belangrijkste. Hij is kort, maar zodanig goed dat hij heel het erboven staande bla-bla kan vervangen.
Deze zin luidt : “Vlaamse vrienden, we hebben jullie nodig.”
Enigszins kort van zinnen, zou ik zeggen : Tiens Tiens, de Maddens-doctrine begint te werken. Maar langs onze kant van de taal-barrière zijn het niet allemaal Vette Vissen. Dames en Heren Franscouillons, jullie hebben ons de laatste 180 jaar al zo dikwijls bij ons lepels gehad, dat we U nu simpelweg niet geloven.
Ooit gehoord van Jean De La Fontaine, en zijn ‘Krekel en de Mier’? Problemen met diens taal zult U wel niet hebben, kijk, het lied gaat als volgt, en ik vestig vooral Uw aandacht op de twee laatste lijnen.

LA CIGALE ET LA FOURMI


La Cigale, ayant chanté
Tout l’été,
Se trouva fort dépourvue
Quand la bise fut venue :
Pas un seul petit morceau
De mouche ou de vermisseau.
Elle alla crier famine
Chez la Fourmi sa voisine,
La priant de lui prêter
Quelque grain pour subsister
Jusqu’à la saison nouvelle.
“Je vous paierai, lui dit-elle,
Avant l’Oût, foi d’animal,
Intérêt et principal. “
La Fourmi n’est pas prêteuse :
C’est là son moindre défaut.
Que faisiez-vous au temps chaud ?
Dit-elle à cette emprunteuse.
- Nuit et jour à tout venant
Je chantais, ne vous déplaise.
- Vous chantiez ? j’en suis fort aise.
Eh bien! dansez maintenant.



Jullie zeggen het wel niet met zoveel woorden, maar het gaat om de centjes. Gesteld, ik zeg wel GESTELD, dat die domme Vlamingen eens te meer over de brug komen, mogen die mee helpen bepalen hoe die centen moeten aangewend worden? Let wel: er staat ‘mee bepalen’ zodat jullie niet kunnen verkeerd verstaan dat de Vlamingen het alleen voor het zeggen willen hebben. Zij willen namelmijk alleen dat jullie iet nog maar eens dezelfde putten maken.

Hewel, begin dan zelf maar alvast schoon schip te maken met al de bietekwieten die jullie zelf verkozen hebben. Zendt hen desnoods naar Jacka Macka, of naar Timboektoe. Kom ondertussen goed overeen onder elkaar over wat al op papier staan over wat er dient te gebeuren, en zeg hoever jullie ons kunnen volgen. Maar doe er niet te lang over. Straks barst de stinkbom in jullie eigen gezicht! Voor jullie het weten klikt er een nieuwe ‘Stomme van Portici’ in jullie straten. Maar dan in een Arabische uitvoering.

Afspraak in de Madou-toren. Niet dringen. Er is plaats voor iedereen. Voeten vegen AUB.

Geen opmerkingen: