.
ISLAM IN AFRIKA ALS VOORBEELD
Als de vos de passie preekt, boer let op Uw ganzen….Islam Light? Komt er aan!
En zeggen dat, volgens wat hieronder te lezen valt, de Islam een soort Aids-remmer zou zijn….
Tenslotte mogen we op onze twee oren slapen : het zal, met de Islam, allemaal nog wel meevallen. Er zal zelfs nog (fluitjes)bier mogen gedronken worden!
Leer ook dat opportunisme het recht is van en voor de arme man…
Nu begrijp ik waarom de ‘socialen’ zo geïnteresseerd zijn in de Islam : het is een soort verlangstuk van hun levensvisie.
Enne..We gaan zelfs de Basiliek van Koekelberg mogen houden, met naam en al, zoals in Dakar…Het wordt dan wel de H.Hart-moskee. Bij nader toezien (zie foto) moet er zelfs aan de architectuur niet veel veranderd worden.
Meisjes en Jongens, we gaan nog lachen. Wel niet tot achter onze oren, maar toch!
Wie zei daar dat zot zijn geen zeer doet?
Maak kennis met de Afrikaanse 'islam light'
'Vaak leest men pleidooien voor een soort euro-islam, een nieuwe, aan lokale omstandigheden aangepaste vorm van de wereldreligie. Dat Afrika bezuiden de Sahara al eeuwenlang iets gelijkaardigs te bieden heeft, wordt vaak over het hoofd gezien', schrijft Luc Leysen,gewezen Afrikacorrespondent van de Duitse televisie (ARD).
Ik heb het wel vaker meegemaakt dat een vader zijn oudste zoon naar de Arabische koranschool stuurt, de volgende naar de Europese paters, en een ander naar de traditionele opleiding in het Heilige Woud. Of, als hij het kan rooien, elk van zijn kinderen naar alle drie
IIbrahim, encore deux Gazelles!", schreeuwt mijn maatje Mamadou naar de bar. De ober van de buvette aan de rand van Dakar komt aangesloft en zet twee flesjes met het aandoenlijke art-deco-etiket op tafel. Het is het goedkoopste bier dat in Senegal te krijgen is, een soort pilsener light. "Tu vois", zegt de vrome Mamadou, "je suis un musulman moderne", en hij neemt nog maar een flinke slok. Volgens de statistiek is 98 procent van de Senegalezen moslim. Maar de Brasserie de l'Ouest-Africain is sinds jaar en dag een van de florissantste bedrijven van het land.
Receptie bij een Afrikaanse ambassadeur in Nairobi naar aanleiding van de onafhankelijkheidsdag van zijn land. Ik sta toevallig naast de excellentie van een Arabische Golfstaat - gesoigneerde snor, elegant maatpak, zijden stropdas, en duidelijke korzeligheid omdat hij weer eens op zo'n kaffir-evenement moet opdraven. Ik wil een praatje maken en misschien ook wel een beetje slijmen. In elk geval steek ik een welgemeende lofzang af op de Afrikaanse islam, die ik in mijn correspondentenjaren daadwerkelijk als een positieve kracht heb leren kennen, en die voor cohesie in heel wat samenlevingen zorgt. De Arabische gezant onderbreekt me abrupt: "Oh, but those are no real muslims!"
Een kraampje aan de rand van de hoofdweg bij Kaapstad. De bruine commerçant biedt 'boerewors' aan. Als reclame voor het traditioneelste aller Afrikaandergerechten heeft hij een bord laten maken met van die zelfklevende plasticletters uit de computer, blauw op wit. Maar kennelijk had hij het potentieel van de moslimklandizie uit de naburige townships onderschat. Met blauwe verf heeft hij er dan maar, in stuntelige letters, een addendum bijgeklad: 'Halal', van islamitisch correct geslacht vlees.
Na alweer een hectische, zweterige dag op kantoor komt Ousmane naar huis, in een voorstad van Bamako. Zijn Deense vrouw Marianne onderschept hem aan de deur met slecht nieuws: er zit voor de zoveelste keer een verre nicht uit zijn geboortedorp op de sofa. Dit keer is er een slungelachtige zoon bij. Het gaat kennelijk om het schoolgeld van de knaap. Ousmane is een vrijgevige moslim en een succesrijk architect, die het ondanks corruptie en tegenkanting helemaal gemaakt heeft. Voor hem, voor eenieder die het in Afrika tot enige welstand heeft geschopt, zijn zulke bezoekjes dagelijkse kost. En een voortdurende bron van ergernis. Marianne is radeloos: zij heeft niets in huis om de gasten voor te zetten, behalve nog een restje varkensgebraad. "Dat ze dan verdorie dat zwijn maar opeten", grommelt Ousmane, en hij verdwijnt stiekem in de slaapkamer. Met zijn gebedstapijtje opgerold onder de arm.
Islam is een issue, ook op deze pagina's. Vaak leest men pleidooien voor een soort euro-islam, een nieuwe, aan lokale omstandigheden aangepaste vorm van de wereldreligie. Dat Afrika - althans het gedeelte bezuiden de Sahara, dat gemakkelijkheidshalve 'Zwart Afrika' wordt genoemd - al eeuwenlang iets gelijkaardigs te bieden heeft, wordt vaak over het hoofd gezien.
Wie ooit de leemgotiek van Malinese moskeeën heeft mogen bewonderen, de Stone Town van Zanzibar of de prachtige, met gouden miniaturen versierde manuscripten in de eeuwenoude universiteitsbibliotheek van Timboektoe, die weet het wel: de islam heeft voor Afrika enorm veel te betekenen. En omgekeerd ook. Lang voor Europese zeevaarders, slavenhandelaars en kruideniers op Afrika's westkust aan wal gingen, trokken Arabische handelaars al dwars door de Sahara naar het zuiden. Niet dat die allemaal zo'n zuivere bedoelingen hadden: slavenhandel en bekeringsdrift waren ook hun niet vreemd. Maar het gevolg is wel dat miljoenen Afrikanen - en tot op de dag van vandaag miljoenen dorpskinderen - in koranschooltjes het schrift leren kennen. De Arabische teksten worden niet altijd begrepen Maar het besef dat men gedachten en gevoelens in abstracte lettertekens kan uiten, is in elk mensenleven een gigantische kwantumsprong. Vaak zijn het gerespecteerde, bedaarde religieuze leiders die etnische vetes of politieke conflicten bijleggen. In West-Afrika is het percentage hiv-besmettingen te verwaarlozen. Artsen staan voor een raadsel. Zij denken dat het vooral de moslimethiek is die voor het virus beschermt, veel meer dan het condoom. Nigeria is de uitzondering: in de noordelijke shariadeelstaten zijn radicale jongeren bereid tot geweld, zoals onlangs ook aan boord van de Delta Airlinesvlucht naar Detroit bleek. Maar voor het overige heeft de Zwart Afrikaanse islam niets met dat rabiate fundamentalisme en die permanente verongelijktheid vandoen, die de religie haast overal ter wereld zo onverkwikkelijk maakt. En waar migranten in Europa zich al te vaak aan vastklampen.
Dat komt, denk ik, omdat flexibiliteit een eminent Afrikaanse deugd is. Met alles wat geïmporteerd is gaan Afrikanen virtuoos om, zonder gêne en zonder complexen. Met auto's, computers en mobieltjes, met de officiële talen van de koloniale heersers, met vreemde godsdiensten. Ik heb het wel vaker meegemaakt dat een vader zijn oudste zoon naar de Arabische koranschool stuurt, de volgende naar de Europese paters, en een ander naar de traditionele opleiding in het Heilige Woud. Of, als hij het kan rooien, elk van zijn kinderen naar alle drie. Volgens het motto: érgens zal het wel goed voor zijn. Opportunisme - het recht van de armsten - behoedt kennelijk voor radicalisering.
Afrikaanse moslims schilderen vrolijk hoogbegeerde meesterwerkjes voor kunstgalerijen in Parijs of Londen, en geen mens die hun komt vertellen wat ze allemaal níét mogen afbeelden. Zwarte auteurs moeten geen fatwa's vrezen als zij kritisch over de religie schrijven. En Mamadou kan in alle gemoedsrust zijn Gazelle drinken.
In Dakar heette het quartier naast het mijne 'Sacré Coeur', naar een voormalige Franse katholieke missiepost-cum-school. De wijk werd zienderogen volgebouwd met nieuwe woningen die het chaotische en overbevolkte stadscentrum moesten ontlasten. Toen die af waren, diende voor de nieuwe bewoners natuurlijk ook een nieuwe moskee te verrijzen. Het enorme, ietwat kitscherige bouwwerk met zijn monumentale minaretten werd gefinancierd door bijdragen van gelovigen, én met oliedollars uit Saoedi-Arabië. Na zijn voltooiing stelde zich de vraag hoe het ding moest gaan heten. De oplossing lag voor de hand. De volksmond had al tijdens de bouwfase spontaan van 'la Mosquée Sacré Coeur' gesproken. En zo werd het godshuis voortaan ook officieel genoemd: de Heilig-Hart-Moskee!
Islam light. Moet kunnen. Ook in Europa.
Bron De Morgen
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten