ONZE NOORDERBUREN ONDER DE BEZETTING
COLLABOREREN DOE JE ZO
E.A. Aronds
Op 6 en 7 mei 1945, toen de Duitsers die ons land hadden bezet weer besloten de Heimat op te zoeken, bleek ineens dat we in Nederland met z’n allen collectief in Het Verzet hadden gezeten!
Geen landverrader meer te bekennen ineens. Ook geen Jood trouwens.
Op de een of andere manier waren die allemaal verdwenen, daarbij overigens braaf bijgestaan door Nederlandse ambtenaren.
En omdat we ons in Nederland eigenlijk collectief schuldig hadden gemaakt aan collaboratie
met de Duitsers, of in elk geval wegkeken toen we de Joden konden helpen, gingen we extra vlijtig op zoek naar zondebokken. Daar zijn we in Nederland bijzonder bedreven in.
Alle kleine NSB’ers en SS’ers die we konden vinden werden in kampen gestopt, bewaakt door de Binnenlandse Strijdkrachten, een verzameling van echte verzetsstrijders en t uig van de richel dat zich na september 1944 bij het verzet had aangesloten. Ze gingen een vreselijke tijd tegemoet, en droegen hun schuld over op hun kinderen.
De vele duizenden Nederlandse collaborateurs met connecties bleven zoals altijd buiten
schot. Sommigen brachten het nog ver na de oorlog. Toen bekend werd dat Joseph Luns, de Nederlandse secretaris-generaal van de NAVO lid was geweest van de NSB, de Nationaal
Socialistische Beweging van landverrader Anton Mussert, kwam hij ermee weg door
te zeggen dat zijn broer hem als lid had opgegeven. Minder goed verging het de christelijke politicus
Wim Aantjes. Volgens eigen zeggen had hij zich in Duitsland in september 1944 aangemeld bij de
Germaanse SS. Dat zou namelijk betekenen dat hij een politie-opleiding zou kunnen volgen in Nederland. Alleen werd hij ingedeeld bij de Landstorm Nederland, een onderdeel van de Waffen SS. Aantjes weigerde dat uniform aan te trekken en werd daarom als strafgeval opgesloten in het kamp Port Natal bij Assen. Daar werd hij uiteindelijk bevrijd. Zoals gezegd bleek op 7 mei 1945 dat alle Nederlanders ineens zwaar in Het Verzet hadden gezeten.
Ook Aantjes kreeg, net als al die andere brave burgers, last van acuut geheugenverlies, en heeft zijn min of meer besmette verleden altijd verzwegen. Dat was een domme fout.
In 1978 maakte historicus Lou de Jong, ons nationale Tweede Wereldoorlog-geweten, bekend dat Aantjes bewaker was geweest in Port Natal en bij de Waffen SS had gezeten, en daardoor viel Aantjes’ politieke carrière in duigen. Later bleek dat Lou de Jong een beetje voor zijn beurt had gesproken en dat de lezing van Wim Aantjes klopte. Nu was meneer De Jong sowieso al niet helemaal bevoegd om oordelen te vellen, want hij was (a) een socialist en (b) hij had de hele
oorlog zeer zwaar in Het Verzet gezeten. Vanuit Londen. O kunnen wij ook dapper zijn!
Enfin, die arme Aantjes ging vervolgens vlijtig op zoek naar een nieuwe bestuursfunctie, en dat leidde tot veel flauwe grappen, zoals van de destijds beroemde cabaretier Wim Kan:
…/…
Overgenomen uit ‘tSCHELDT
Commentaar
De overname van dit wel zeer verhelderend artikel heeft een tweeledig doel. Eerstens U er nogmaals op wijzen, dat dit Internet-abonnement (‘tSCHELDT dus) U alleen maar voordeel kan brengen. Daar komen onderwerpen aan bod die U elders nooit zult vinden, tenzij misschien, hoogst zelden dan, bij www.geenStijl.nl en dat zijn dan ook typisch Noord Lagelanderse situaties. Voor onze Vlaamse Uylenspiegels moet U bij ‘r Scheldt zijn. Dit wordt gezegd zonder nochtans ook maar één tiende millimeter afbreuk te willen doen aan de verdiensten van ’t Pallieterke. Maar, naar ouder Vlaamse gewoonte, kunnen die twee elkaar niet rieken. Ook hier is het al-oude gezegde van toepassing : moesten de Vlamingen onderling met mekaar in vrede kunnen leven, dan beheersten ze de Zeven Wereldzeeën…Daarop zeg ik : misschien niet die 7 Wereldzeeën, maar dan toch tenminste de kramakkige schuit, de Belgica.
Ja! Ook waar! Van die ‘Belgica’ gesproken! Die schijnt de laatste tijd niet veel meer met de Gerlache en de Noordpool te maken te hebben, maar met…Vlaamse mosselen van de hangcultuur voor de kust van Nieuwpoort en Duinkerken. Dat soort mosselen, dat schijnt te luisteren naar de merknaam ‘Belgica’ schijnt alles te hebben wat een Vlaamse mossel boven de Zeeuwse mossel onderscheidt : zandvrij, goedkoper, malser, groter, beter van smaal en zwakkere sluitspier, zodat, wordt gezegd, ze een kortere bereidingstijd vandoen hebben. Wat goed is voor het milieu. Toen dacht ik : lees ik daar nu de omschrijving van een Vlaams politicus, van een mossel, of van beide?
Wat ik bedoel met de landnaam ‘Belgica’ is de naam van een ondergaande mosselschuit, die 179 jaar geleden tewater werd gelaten, in de mening dat het een slagkruiser zou worden….
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten