woensdag 5 juli 2017

4199


Woensdag 5 Juli 2017 

4199 – GROOTMEESTER DER TEMPELIERS GERARD DE RITTERFORT WEER ’N BEETJE TOT LEVEN GEWEKT
*
INHOUD: VLAAMSE GLORIE: Ruddervoorde, sedert de fusie deelgemeente geworden van Oostkamp, in de schijnwerpers. Deze 10de Grootmeester der Tempeliers (1146-1189) was dus slechts 43 jaar toen huh het leven liet in Akkio  in de strijd tegen de ‘Saracijnen’.
Welk verband er bestaat met de folklore van de stad Arezzo (Toscane) mag Joost weten, maar het is een feit dat er daar tot op de dag van heden liefst 2x ‘rn steekspel wordt opgevoerd waarbij een ‘Saraseen’-pop de Kop van Jut is van ruiters in Middeleeuwse klederdracht.(*)

(*) Wikepedia. Op de laatste zondag van juni, en de eerste zondag van september wordt nog altijd het Steekspel der Saracenen (Giostra dei Saraceni) gehouden, waarin de verschillende buurten van de stad het tegen elkaar opnemen, en menigeen zich uitdost in middeleeuwse kostuums.
Nota. Naar verluidt zou deze volkse kermis verband houden met Saladijn…. de overwinnaar van Akko. Maar in Ieper, waar en nog altijd een Tempelstraat bestaat, verwijst men ook in de Kattenstoet, als zijnde de veroordeling van de kat als de afgod waarvan de Tempeliers beschuldigd werden. Daar waar alleen vaststaat, dat de Tempeliers in al hun burchten Egyptische katten als huisdieren hielden om zodoende de rattenplaag te bestrijden, de verspreiders van de pest (zoals in de jaren 1800 werd bewezen door Me Curie). Vandaar door Filips de Schone in 1314 de beschuldiging van afgoderij aan het adres van de laatste Grootmeester der Orde die aldus zijn geheim voor zich hield, en dat met de dood moest bekomen.
Merkwaardig hoe die zijn voorspelling van de dood binnen het jaar door de pest van zijn beulen, Paus en Koning, beiden bekust op de Schat dr Tempeliers, zo precies werd na gekomen.

OP DE IJTKIJK

*
De fietsrooute
*
Gerard de Ridefort, een ridder-kruisvaarder-tempelier uit Ruddervoorde, werd de tiende grootmeester in de Orde van de Tempelridders in Jeruzalem. Hij werd geboren in 1146 en werd later een belangrijke spilfiguur in de politiek van de Europese koningshuizen in het Heilige land.
Tijdens de fietsroute gidst hij de groep doorheen de mooie deelgemeenten van Oostkamp: Waardamme, Hertsberge en Ruddervoorde. De streek was een gegeerde regio voor ridders en kasteelheren om hun optrekje te komen zetten. De fietstocht leidt de groep doorheen de prachtige weidse landschappen met statige kastelen. Doorspekt met leuke anekdotes over kasteelheren en de herkomst van de namen, wordt de geschiedenis van het gebied uit de doeken gedaan
*
Ruddervoorde: De Vloek van het Tempelhof
**
*
Een van de belangrijkste Vlaamse Tempelvestigingen was gelegen in Ruddervoorde, de geboorteplaats van Gerard, elfde tiende Grootmeester van de Tempelorde. Toen de Orde werd opgedoekt, raakte het domein van Gerard van Ruddervoorde in verval. Het had niet zo’n beste reputatie, hoewel men in Ruddervoorde over de Tempeliers weinig meer wist te vertellen dan dat ze alleen na het vallen van de avond buiten kwamen, altijd vergezeld waren van vervaarlijke waakhonden en zich bezondigden aan afgoderij, sodomie en allerlei magische praktijken.
Het enige dat nog restte van de voormalige commanderij van Gerard van Ruddervoorde was een grote hoeve die bestond uit niet minder dan drie verdiepingen en gelegen was op de weg van Ruddervoorde naar Torhout. Het gebouw was omringd met grachten en het stond in de volksmond bekend als ‘het huis van de Tempelier’.
Omstreeks 1835 woonde hier een zekere Melia Dumont. Ze was de oudste dochter van tien kinderen en had vanaf haar vijftiende jaar voor het hele gezin gezorgd, omdat haar beide ouders gestorven waren. Alsof dat nog niet erg genoeg was, leek er op het Tempelhuis ook een afschuwelijke vloek te rusten. Allerlei ziekten en ongevallen troffen zowel dieren als mensen. In één jaar tijd stierven de ouders van Melia; in vijftien jaar tijd vielen vijftien paarden dood op het veld. De varkens krepeerden in hun stallen, de oogst mislukte keer op keer, de melk schuimde en gaf een kwalijke stank af. Karren verloren hun wielen, het bakhuis brandde af. Paardenknechten werden door een onzichtbare hand bekogeld met bussels hooi, een koffer dook plots op in de waterput en kon er zelfs niet met behulp van paarden uitgetrokken worden.
En al deze onrustbarende verschijnselen werden veroorzaakt door de kwade hand die op het Tempeliershuis rustte... De Tempeliers aanbaden immers afgoden! Ze hadden hun schatten hier begraven en nu spookten ze rond om de mensen te verjagen, zodat de schatten voor eeuwig en één dag in hun bezit zouden blijven. Tenminste, zo werd het toch verteld, in Ruddervoorde.
De spokerijen in het Tempelhuis bleven voortduren tot er een pastoor werd bijgehaald. Gewapend met een palmtak, wijwater en zijn dikste brevier slaagde de brave man erin de geesten tot bedaren te brengen en de rampen te bezweren. Hij verjoeg de spoken van de Tempeliers naar de verste hoeken van het land. Voortaan zouden ze ieder jaar slechts één stap dichterbij kunnen komen.
Melia Dumont bleef nog tot na 1850 op het Tempelhof wonen. Het werd één van de voorspoedigste boerderijen van de hele streek. Na haar dood en nadat haar kinderen getrouwd en verhuisd waren, heeft ze het domein verkocht. Maar de nieuwe eigenaars waren er toch niet helemaal gerust in en hebben dat hele vervloekte spookhuis dan maar met de grond gelijk laten maken.

Arbeiders die de vloer in de keuken van het gebouw moesten opbreken, vonden onder de stenen een diepe put. Bij nader inzien bleek het een graf te zijn. Keurig op een rijtje op de bodem van de put lagen drie mannengeraamten. Het eerste had een ransel naast zich liggen, het tweede een pijp en het derde een wandelstok die was beschilderd met vreemde motieven, waarin de nieuwe eigenaar van het Tempelhof onder meer een vogel meende te zien.
Eén van mijn mannen heeft de stok nog vastgepakt en die is toen, zomaar, voor hun ogen tot stof vergaan. Ze riepen en schreeuwden allemaal door elkaar, want ze waren erg geschrokken… Maar toch heeft iemand nog opgemerkt dat de ransel vol goudstukken zat, die erg oud leken. De kerel raapte ze op en zei dat hij ze naar het gemeentehuis zou brengen.
Sinds die dag heeft men in Ruddervoorde niet meer over geesten horen spreken. Over goudstukken trouwens ook niet.
*
NADER BEKEKEN
**
Het St Jans Hospitaal in… Jeruzalem
Let op de typische stijl van het Brugse Vrije….
*
“Wahrheit und Dichtung
 Grootmoeder langs Moeders kant was ‘Metje van Eernegem’ en als kind heb ik menige winteravond aan haar voetbankje mogen meeluisteren naar wat de grote mensen elkaar zoal vertelden ‘om de tijd te doden’. Onze tegenwoordige volksvreemde TV-schermen, voor 95% Engelstalig,  verzinken erbij in het niets.
Daar werden zaken uit de wijde omgeving in bovengespit boven en buiten elke verbeelding. Over ‘De Moorden van Beernem’ werd, lang voor het verhaal verfilmd werd, wekenlang ingegaan op elk detail. Wie ook daar de gazet van Maldegem las, die moet nog een vruchtbaarder duim gehad hebben dan  de latere verfilmers. Geen wonder dat ik daarna halve nachten urenlang koortsig lag te woelen in mijn bedje onder de pannen. Tot Metje in lang nachtgewaad kwam opspelen, maar me toch ‘n kommeke warme melk bracht.
‘s Anderendaags probeerde ik dan die vertelsels op te schrijven om ze thuis bij Metje van St Jan in Ieper te kunnen voorlezen.
Daarvan is natuurlijk niets bewaard gebleven en plaatsnamen of moordverhalen uit lang vervlogen tinden, die sla ik allemaal door elkaar. Al herinner ik  mij flarden van liedjeszangers die toen in zovele families voorkwamen. Soms let liedjes waarbij de mannen kuideuchig moesten lachen, maar de vrouwen maar sip of kwaad kekeen. Meestal waren dat echter  echt triestige soldatenliedjes uit de Eerste Wereldoorlog die men daar ibn Het Houtland, ver achter het front, had beleefd. O maar: het waren ‘Helden’ want ze waren ‘gevallen op het veld van eer’….
Spookverhalen waren er bij de vleet en het was precies of ieder volwassene er eentje persoonlijk h   d voorgehad. Over dwaallichtjes en wolvengehuil in de Wijnendaalse bossen. Tot het voor de buren tijd werd om op te krassen, om bij het licht van de meegebrachte stallantaarn twee huizen verder zonder ongelukken en zonder spokenthuis te geraken.
Maar van de oudste broer van ons Ma, die 4 jaar aan ‘Den IJzer’ had gezeten, hoorden we nooit geen woord. Die zat daar maar dubbel toe aan de Leuvense stoof, de ene  hoestbui na de andere, zjn ogen voortdurend uit te vegen met die geruite zakdoek van hem die ik nooit zal vergeten. ‘Gepakt van de gaze’ wist Metje te vertellen. Leefde nu in het huisje daarnaast, met een heel groot gezin, van zijn ‘frontstrepen’…. Waar ons Tante Lène, de kapmuts, de godganse dag aan her raam zat te spellewerken…
En zo kom ik tot Ruddervoorde en herken in die verhalen op Wikepedia veel van wat sluimerde in mijn binnenste. Over dappere ridders en schone freules van de soort die Conscience, of August Snieders zo goed konden ten tonele voeren.
Vele jaren later botste ik in de Vlaamse Ardennen op een alleenstaande boerenschuur met het Tempelierskruis in het pannendak uitgelegd. De hofstede zelf was verdwenen, maar bleek later in de volksmond ‘de commanderie‘ te zijn geweest. Niemand daar wist waarom. Al had de Gemeente zelf in haar naam het woord ‘Kruis’ staan….
Vraag me niet hoe, maar ik weet dat bij de Eerste Kruistochten het Veurne Ambachtse fel vertegenwoordigd was. Hoe zou de Graaf van Vlaanderen immers na de geslaagde 1ste Kruistocht de 1ste Christelijke Koning van Jeruzalem kunnen geweest zijn? Hoe die als vriend ten huize geworden van een plaatselijke Moslim-potentaat een paar jaar later vergiftigd werd en stierf, is een ander verhaal dat niet meer past in onze situatie met al die ‘verrijkers’ uit Moslim-landen.
*
Ligt in ons gemeenschappelijk onderbewustzijn dan toch een sprankel van gewezen Vlaamse Grootheid?  Per slot van rekening is onze Vlaamse Leeuw oorspronkelijk een souvenir uit de tijd der Kruistochten. Hier leven geen leeuwen. Anders hadden de Ruddervoordse Tempelhof bewoners  geen razende honden met zich meegevoerd ter bescherming, lmaar leeuwen.
Maar wees gerust, mijn herdershond naast mij trekt zich niet waarmee Baasje bezig is, als die urenlang aan dat scherm zit…
*
 (Digitalia)



Geen opmerkingen: