6/1092 * - Wallonië wil niet werken dus moeten ze nog maar ‘nog
’n Universiteit – De nijvere Westhoek -
.
Deel 4
*
Dinsdag 6 september 2016
Fruitmaand
Zon 7u04-20u16
H Beata
*
3662 - OVER DE KAROLINGERS
VAN SCHAARELMAGNE MET DE IJZEREN ARMEN
*
Wallonië, juist bezien….
Die mensen moeten geen Univ, maar nog ’n picon van de PS
*
*
Het zat er aan te komen. Na de ezelsstamp met beide
achterbenen van hete Amerikaanse prairie-paard, komt boven op de Waalse vuile
was, de kat op de waslijn. Een zoveelste Louvain-la-Neuve uit de Vlaams hoed
toveren, en klaar is Kees. Weer een rechtstreekse pijp-line met liefst zo groot
mogelijk debiet, naar (voor de gelegenheid) deze keer weer het Waalse ‘broedervolk’
waarmee we één en hetzelfde huishouden vormen. Zeg dat Guido Fonteyn het gezegd
heeft. Tous Ensemble. Enne, heel
zeker, onderstaand artikel is geschreven door een Wallonie kenner. We herinneren
hem nog van zijn tijd als ‘vaste waarde’ in De Schandaard die dus met open
armen ontvangen wordt bij DM. Wallonië is, zegt hij zelf, geen fonkelende
fontein, maar een Niagara-waterval van poen-schepende inspiratie. Het is een
fata-morgana die het hele land moet bezeilen. Als tenminste iemand anders de
rekening voor die kamelentocht in de woestijn wil betalen.
Ik kan het ook anders formuleren. Guido Fonteyn is de
nuchtere troubadour die een opgewekt lied kweelt over de stervende kleine man,
liever dan die de hand te reiken om hem uit het moeras te trekken. Naarmate de doodsstrijd
duurt, kan hij meer poen verdienen door het uitgeven van boeken.….
*
Wat er in Frans sprekend Coburgia nodig is, is een Soort
Alternatieve für Wallonien, genre Mecklenburg-Voorpommeren, die van de eerste stembusgang
de PS en aanverwanten terug naar de hel stuurt, en hen de wacht aanzegt.
De stelling (hieronder) van ‘Universiteiten i.p.v. mineralen’
is een schoolvoorbeeld van hoe het hooi achter de vork loopt.
*
GEPLUKT BIJ
*
Charleroi heeft nood aan een universiteit
Guido Fonteyn is Walloniëkenner en
auteur van België: Een ménage à trois.
*
Er zijn twee soorten steden in Wallonië: steden met een
eeuwenlange geschiedenis én een universiteit - zoals Luik, Namen en Mons
(Bergen) - en relatief jonge steden zoals Charleroi en La Louvière, zonder
universiteit, en zonder een eeuwenlange geschiedenis.
Charleroi bestaat amper 350 jaar, en dat werd daar zondag
terecht in mineur gevierd, en niet enkele omwille van Caterpillar. En La
Louvière betekent gewoon 'wolvenval', omdat daar - toen zelfs Charleroi al naam
begon te krijgen als een stopplaats op de lijn tussen de Nederlanden en Spanje
- alleen maar bossen waren waarin wolven en ander wild rondliepen.
Charleroi en La Louvière, en zowat het hele gebied daarrond,
hebben een enorme periode van succes gekend omdat in hun ondergrond mineralen
van alle slag aanwezig waren: steenkool vooral, maar ook ijzererts - en elders
in Wallonië vond men marmer, steen, zink en zelfs goud. Die mineralen werden
wel eerder op een ambachtelijke manier geëxploiteerd, maar vanaf de achttiende
eeuw maakte wat wij nu het kapitalisme noemen zich meester van de schatten in
Wallonië.
Voor dit soort
toestanden bestaan alleen oplossingen op de lange termijn, in de vorm van
universiteiten en andere hogere opleidingen, waarin in mensen wordt
geïnvesteerd, en niet meer in mineralen
Alles werd vanuit Brussel geregeld, het Brussel van de
'Société Générale, en van meet af aan was daar ook internationaal kapitaal bij
betrokken. De inwoners van Wallonië vaarden er wel bij, werden welvarend, en er
kwam bij gebrek aan Walen zelfs een onwaarschijnlijke immigratie vanuit het
doodarme Vlaanderen van toen op gang. De opbrengsten gingen evenwel naar
'Brussel'. Zo ontstonden Charleroi en La Louvière, bij de vindplaatsen van de
mineralen, met hun voorsteden: die zien er nu slecht uit, maar daarin voelden
de arbeiders zich een paar generaties geleden nog goed en gelukkig.
Charleroi - we laten La Louvière nu verder alleen - is tot op
vandaag de stad met het grootste inwonersaantal van Wallonië, maar de stad
heeft enkel een verleden, geen - of weinig - toekomst. De kapitalisten zijn
weg, zijn al lang vertrokken naar landen waar mineralen door veel goedkopere
arbeidskrachten uit de grond kunnen worden gehaald, en waar de betrokken
bedrijven meer winst kunnen maken, en hun arbeiders veel minder betalen, omdat
zij niet aan een strenge sociale wetgeving gebonden zijn.
Dit geldt ook voor een bedrijf als Caterpillar, dat ijzer en
andere materialen verwerkt. Minister-president Magnette (PS) - tevens
burgemeester (met verlof) van Charleroi - mocht dus het geval Caterpillar niet
als een eenmalig evenement voorstellen, maar als het zoveelste hoofdstuk in het
proces waarbij de zware industrie Charleroi verlaat.
Voor dit soort toestanden bestaan alleen oplossingen op de
lange termijn, in de vorm van universiteiten en andere hogere opleidingen,
waarin in mensen wordt geïnvesteerd, en niet meer in mineralen. Luik en Mons
(Bergen) doen het veel beter en Namen al helemaal - maar Namen geniet van zijn
functie als zetel van het Waals Parlement en de Waalse regering. En dichter bij
Brussel is Waals-Brabant gewoon de rijkste regio van België, dankzij Brussel en
dankzij Louvain-la-Neuve.
Paul Magnette moet dit durven zeggen. De toekomst van
Charleroi ziet er niet goed uit, al een he
lgië, dankzij Brussel en
dankzij Louvain-la-Neuve.
Paul Magnette moet dit durven zeggen. De toekomst van Charleroi ziet er niet goed uit, al een hele tijd.
Paul Magnette moet dit durven zeggen. De toekomst van Charleroi ziet er niet goed uit, al een hele tijd.
*
*
Zeker, het was mij een beetje ontgaan, maar ‘Arm
Vlaanderen’ heeft door uitwijking veel van zijn armste dompers in die teloor
gegane groot-industrie verloren. Na één generatie waren die volledig ver-Waalst
en alleen op het kerkhof of in de overlijdensberichten herkent men nog hun
Vlaamse namen. De ‘smeltkroes’ waar de Linkxen zo erg van houden…. En die zorgt
voor de gestage groei van hun ‘proletariaat’ waar ze van leven.
Net zoals veel, als de meeste West-Vlamingen lange
tijd na WO II naar Noord-Frankrijk (Frans-Vlaanderen) op den dool zijn gemoeten
om daar in de textielwereld van Roubais en Toerkonje, tegen een hongerloon de magere
dagelijkse bete broods te verdienen.
Maar nu is dat omgekeerd. En West-Vlaamse bedrijfjes
roepen moord en brand want ze komen veel handen tekort. Niettegenstaande de
voorsteden van daar nu dagelijks leeglopen en die getinte mensen noodgedwongen
zelfs een woordje West-Vlaams dialect spreken. Maw. het levend brengend hemdje
wordt ook voor hen beter dat het kokette Franse rokje. Maar denkt U dat er zich
ook maar één Waal aanbiedt. Zelfs al woont die op een boogscheut van waar men
smeekt om werkkrachten. Of verzwijgt Guido Fonteyn dat opzettelijk?
Dàt, Lieve Lezer, is de bittere waarheid. Die
Schriftgeleerden als Fonteyn niet willen zien. Werken is niet hun ding.
Doe ze nog ’n vol, Madame…. À la Vostra!
*
*
Geen opmerkingen:
Een reactie posten