178 - DOORBRAAK
*
WPENSDAG 18 MAARTi 2020
*
ZWARTE DOOD
*
**
De Zwarte Dood in Vlaanderen
*
foto: ©boekomslag
*
Gelijkenissen en verschillen met de hedendaagse Covid-19-epidemie31 maart 2020 - Leestijd 9 minuten
Interview met auteur Joren Vermeersch
Grondvest:* Joren, in november bracht je het boek 1349, Hoe de Zwarte Dood Vlaanderen en Europa veranderde uit bij Vrijdag Boeken. Amper een maand later barstte een nieuwe pandemie uit. Dat roept sterke herinneringen op aan de Zwarte Dood. Zie je parallellen?
Joren Vermeersch: Net zoals Covid-19 vandaag was ook de Zwarte Dood een product van economische globalisatie. Het is de opkomst van intercontinentaal commercieel handelsverkeer geweest die de epidemie heeft toegelaten om zich mondiaal te verspreiden. Toen ging dat via kameelkaravanen langs de Zijderoute. Dat was een langzaam proces, want de epidemie was in Centraal-Azië al in 1338 uitgebroken. Het duurde negen jaar voor de ziekte voet aan wal zette in Europa, in Sicilië meer bepaald, en dan nog eens twee jaar vooraleer de epidemie doordrong tot Vlaanderen. Nu gaat de verspreiding van Covid-19 razendsnel, door de sterke toename van het intercontinentale vliegverkeer. Tot zover de vergelijking. Er blijft een groot verschil in sterftegraad. De Zwarte Dood maaide maar liefst één derde van de totale bevolking weg, zonder onderscheid naar leeftijd, rang of stand. De slachtofferlijst onder de Europese koningshoven was bijvoorbeeld ellenlang. Iedereen wist dat het morgen zijn beurt kon zijn en wie besmet werd stierf al binnen de drie dagen een pijnlijke dood. Dat zorgde voor een bijna gek makende stress bij de mensen die de epidemie hebben moeten doorstaan. De Zwarte Dood was daarom van een gans andere orde dan Covid-19.
Lang werd gedacht dat de Zwarte Dood aan Vlaanderen voorbij trok, maar u spreekt dat met klem tegen in uw boek. Waarop steunt u uw conclusie?
Er blijven nieuwe archiefvondsten opduiken terwijl oudere, gekende bronnen anders bekeken worden. Alleen al de Brugse archieven bevatten een schat aan informatie. Zo is er een brief van de graaf aan de stad van 15 augustus 1349, waarin hij de aanleg beveelt van noodkerkhoven ter grootte van omgerekend zes voetbalvelden groot. Ook de archieven van de hospitalen van Brugge bevatten onweerlegbare aanwijzingen van massale sterfte. Het voltallige personeelsbestand van die instellingen stierf en diende te worden vervangen. Vandaag is er voldoende bewijsmateriaal om te kunnen zeggen dat de Zwarte Dood hier toesloeg in alle hevigheid, zowel in de steden als op het platteland.
In uw boek stelt u dat de Zwarte Dood zowel het beste als het slechtste in de mens naar boven haalde. Ziet u ook daar parallellen met de dag van vandaag?
Op het hoogtepunt van de Zwarte Dood, de maanden augustus tot november 1349, stierf het ziekenhuispersoneel en stierven de priesters in Brugge als vliegen. Opvallend is dat wanneer één van hen stierf, er meteen een andere Bruggeling klaarstond om zijn taak over te nemen. Mensen gingen verder met ziekenzorg en zielenzorg, ook al wisten ze dat ze daarmee hun eigen doodvonnis tekenden. Dat kan niet los worden gezien van het totale godsbesef in die periode. Men zag het leven als een tijdelijke stap waarin zaligheid voor de eeuwigheid verdiend kon worden, niet alleen voor zichzelf, maar ook voor overleden familieleden, die zoals bijna elke mens immers eerst een hele poos dienden rond te dwalen in het vagevuur, vooraleer toegang te krijgen tot het paradijs. Dat idee maakte voor velen de stap kleiner en in sommige gevallen zelfs dwingend om zelf de dood te gaan trotseren. Vandaag zien we ook een grote inzet voor de ander bij veel burgers, denk maar aan de vele anonieme helden die nu onze klinieken draaiende houden. Maar de Zwarte Dood was toch van een andere orde. Zou onze geseculariseerde en geïndividualiseerde maatschappij dezelfde zelfopoffering aan de dag leggen, in de wetenschap dat we zo een zekere en pijnlijke dood tegemoet gaan? Ik zie het de moderne westerse mens nog niet zo snel doen.
Interessante gedachte. Wat over het slechtste in de mens, dat door de Zwarte Dood naar boven werd gehaald?
Net zoals nu had je ook toen mensen die zich niet bekommerden om het lot van hun medeburgers. Dat ging dan bijvoorbeeld over rijke mensen die zich barricadeerden in hun buitenverblijven met voldoende eten, wijn en vrouwelijk schoon. Denk aan de Florentijnse edelman Giovanni Boccaccio. Die hield drie maanden lang een private ‘coronaparty’ in zijn villa in Toscane en ontsnapte zo aan de dodendans. We danken er zijn meesterwerk Decamerone aan. Maar er was meer aan de hand dan louter egoïsme en escapisme bij de upper class. Een opvallende parallel is de opstoot van racisme, het zoeken naar een externe zondebok. Angst en haat liggen dicht bij elkaar. Tijdens de Zwarte Dood heeft dat geleid tot spontane slachtpartijen op de joden, in heel Europa. Dat kwam vanuit de buik van de bevolking, want kerk en staat probeerden dat tegen te gaan. Gelukkig zijn we vandaag beschaafder dan dat, maar het racisme dat sommige Vlamingen van Chinese herkomst hebben moeten verduren de afgelopen maanden, was evenmin fraai.
Hebben ook onze voorouders zich aan racistisch geweld bezondigd toen?
Het spijt me dat te zeggen, maar ja. In de grote steden van Brabant woonden omvangrijke joodse gemeenschappen, die daar actief waren in het bankwezen (in Vlaanderen werd die beroepstak waargenomen door de zogenaamde ‘Lombarden’, Noord-Italiaanse bankiers). De joden van Brabant werden met stokken en messen uit hun huizen gehaald en collectief verbrand op geïmproviseerde brandstapels die opgericht werden op de marktpleinen. In Brussel alleen al werden zo 600 mensen een gruwelijke dood ingejaagd, vrouwen en kinderen incluis. Zowel hertog Jan als de kerkelijke autoriteiten probeerden dat bloedbad te verhinderen, maar het mocht niet zijn. De haat van de bevolking was simpelweg te sterk. Dat leert ons veel. Beschaving is maar een dun laagje vernis, dat er snel afgekrast wordt eens de maatschappij in een existentiële crisis belandt.
U gaat in uw boek diep in op de vraag hoe de Zwarte Dood Vlaanderen heeft getransformeerd. Zowel economisch, politiek, sociaal als cultureel zouden mensen terecht gekomen zijn in een ‘nieuwe wereld’.
Inderdaad. De plotse krimp van de bevolking met 30 % zette een economische kettingreactie in gang, die de maatschappij fundamenteel zou veranderen. Op het platteland ontstond voor het eerst sinds eeuwen schaarste aan arbeid, wat leidde tot een halvering van de pachtprijzen. Dat was een zware klap voor de adel, die immers leefde van die grondrenten, maar tegelijk een gouden kans voor de boer-pachter. Die zou zich emanciperen tot een nieuwe klasse in Vlaanderen, de herenboer. Anders was de situatie in de steden. Na de Zwarte Dood stak in heel Europa een sterke monetaire inflatie op. De stedelijke loonarbeiders in Vlaanderen werden daardoor in bittere armoe en hongersnood gestort. In gewone tijden ging al zo’n driekwart van hun loon naar voedsel. Reken uit wat er dan gebeurt als de prijzen plots verdubbelen tot verdriedubbelden.
Vanwaar die plotse sterke stijging van de prijzen? Alles was toch in overvloed voorhanden na de Zwarte Dood?
Tijdgenoten krabden zich dan ook de ogen uit toen ze de prijzen plots door het dak zagen gaan. De verklaring voor die pan-Europese inflatie-golf lag in de fors gestegen geldhoeveelheid per hoofd van de bevolking. Zo’n spontane inflatie heeft zich nog voorgedaan in de geschiedenis. Denk aan de enorme inflatie die ontstond in Europa na de influx van de vele tonnen zilver en goud die de Spanjaarden in de zestiende eeuw meebrachten uit de Nieuwe Wereld. Denk ook aan de impact van de Quantitative Easing-politiek van de ECB. Vandaag beslist men om de geldvoorraad bewust uit te breiden, om inflatie aan te wakkeren. De Zwarte Dood ontketende dat effect ook, zonder dat iemand het in de smiezen had, en wel met een hevigheid die ongezien was in de hele menselijke geschiedenis.
In het laatste deel van je boek stel je dat de Zwarte Dood aanleiding gaf tot de geboorte van de moderne staat. Hoe moeten we ons dat voorstellen?
Op het platteland begonnen de mensen de onverwachte kansen te grijpen die zich plots aandienden. Veranderen van landheer en zelf gaan onderhandelen over een lagere pachtprijs, bijvoorbeeld. Dat was voorheen ondenkbaar. Voor 1349 stonden er bij wijze van spreken 20 pachters in de rij om je hoeve over te nemen indien je nog maar durfde te klagen. Nu lagen de rollen omgekeerd. Plots waren het de landheren zelf die moesten concurreren met elkaar om de arbeid van boeren, in plaats van de boeren om land. De emancipatie van de boerenstand, en de dalende inkomsten voor de adel die daar het gevolg van waren, brachten in gans Europa een adellijke contrarevolutie op gang die enorm brutaal was. Van Sicilië tot Noorwegen werden landarbeiders in een draconisch wettelijk keurslijf gedwongen. Men mocht niet meer verhuizen, maximumlonen en arbeidsdwang werden opgelegd, men ging voorschrijven welke klederdracht de lagere klassen wel en niet mochten dragen, er kwamen werkklokken in de steden om de arbeidstijden aan te nemen enzovoort. Dat was een breukmoment in de Europese geschiedenis. Voor het eerst sinds de val van het Romeinse Rijk maten de wereldlijke leiders zichzelf opnieuw de ambitie aan om het leven van hun onderdanen te gaan dicteren. Dat gebeurde niet langer zoals vroeger via de scherpe lans van hun ridders, maar via een nieuw en veel scherper wapen: de pen van hun ambtenaren. Om de repressieve wetgeving uit te vaardigen en af te dwingen zag de moderne bureaucratie het licht. Dat gebeurde allemaal met een duidelijk doel: de klassenverschillen die er waren vóór de Zwarte Dood in stand houden, en elke hoop op sociale mobiliteit bij de lagere klassen in de kiem smoren. De opkomende staten van Europa maakten zo een reuzensprong in hun ontwikkeling: de moderne staat was geboren.
Joren Vermeersch
*
NA GESCHRIJFSEL
*
Hier valt niet veel aan toe te voegen of op af te dingen.
Toch
raar dat dit boek over de Zwarte Pest in Vlaanderen in November in
Vlaanderen uitkomt, als enkele uren later de horror zioch de facto
opnieuw aanmeldt. Is God nu mit oder gegen uns?
*
Geen opmerkingen:
Een reactie posten